Van Sabben Poster Auction 56

De olifant in de kamer In deze veiling wederom een interessant aanbod aan Duitse affiches uit de jaren twintig en dertig. Er is hernieuwde belang- stelling voor het materiaal uit deze periode en het kan zonder beschuldigende vingers worden aangeschaft. Er lijkt een situatie te zijn gegroeid waarin we met z’n allen hebben afgesproken, dat het nazi-vormgevingserfgoed dusdanig is besmet dat het niet noodzakelijk is hier kunsthis- torische of artistieke waarde aan toe te ken- nen, laat staan om er grondig kunsthistorisch onderzoek op los te laten. Dit is een fijne situ- atie; we hebben dit materiaal in de kast ‘Lastig Erfgoed’ opgeborgen, naast het slaver- nijverleden, de politionele acties en Srebrenica. Kast dicht, goed op slot, hebben we het niet meer over. Als we het er dan toch over hebben, dan altijd in de context van wansmaak, propa- ganda en megalomanie of als slechte tegen- hanger van de goede moderne kunst. Nu heb ik tijdens mijn studie kunstgeschie- denis geleerd, dat ik me niet met goed of slecht, mooi of lelijk moet bezighouden. Toch zijn er vooraanstaande kunsthistorici (ik zal hun namen hier niet noemen, maar belangstellenden kun- nen contact met mij opnemen) die zonder met hun ogen te knip- peren durven beweren, dat er in de nazitijd alleen maar slechte, lelijke rotzooi is gemaakt dat het bestuderen niet waard is. De vraag die bij mij dan meteen opkomt is: als het dan allemaal zo onbeduidend is, waarom doen we er dan altijd zo krampachtig over? Is er dan niet iets wezenlijks aan de hand met dit materi- aal dat het juist bestudeerd moet worden? Het blijkt een olifant in de kunsthistorische kamer, de kunst- geschiedenis van Duitsland stopt even in 1933 om vervolgens in 1945 weer vrolijk voort te kuieren. Het alom gerespecteerde Bauhaus werd in de jaren zestig opgepoetst en het belang ervan buitenproportioneel opgeblazen om onze mogelijke herinnerin- gen aan de wansmaak ten tijde van het derde rijk te doen ver- geten. Laten we dat vooral zo houden, zo hebben we het afge- sproken. Die kunsthistorische afspraak bleek dusdanig sterk dat er bij het voorbereiden van de ruim vijftig(!) tentoonstellingen die in 2019 werden georganiseerd rond 100 jaar Bauhaus zich geen enkele tentoonstellingsmaker zich de moeite nam om het te hebben over de Bauhäusler (o.a. Herbert Bayer, Ludwig M. van der Rohe en Kurt Kranz), die voor de nazi’s zijn gaan werken; “Past niet in het plaatje, hebben we het niet over.” Enigszins geërgerd door deze gang van zaken – het moedwillig negeren van een in mijn ogen wel belangrijke periode in de kunstgeschiedenis – heb ik in 2019 samen met Timo de Rijk een tentoonstelling samengesteld over het Design van het Derde Rijk voor het Design Museum in Den Bosch; een tentoonstelling waarin we wilden laten zien dat het secuur toepassen van vorm- geving kan helpen om een hele natie de verkeerde kant op te sturen. Blijkbaar voor het eerst hebben we in deze tentoon- stelling een aanzet gegeven tot een andere blik op dit materiaal, die nu wordt opgepakt door enkele vooraanstaande Duitse onderzoeksinstituten. Er lijkt dankzij de grote aandacht in de pers rond deze tentoon- stelling ook iets veranderd in het veilingwezen; het is nu mogelijk om affiches uit de nationaalsocialistische periode in de veiling aan te bieden zonder dat de ruiten er meteen uitgaan. Tot nu toe onbekende collecties worden openlijk ter verkoop aange- boden en gerenommeerde, joodse instituten en particulieren kopen dit materiaal aan; “Opdat dit nooit vergeten of ontkend kan gaan worden!”, zonder direct van nazisympathieën te wor- den beschuldigd. Naar mijn mening de eerste stappen richting het neutraal bekijken van dit nu nog lastige erfgoed; de olifant is gesignaleerd, de druk is van de ketel. The elephant in the room This auction once again offers an interesting selection of German posters from the twenties and thirties. There is a renewed interest in material from this period and it can be pur- chased without any finger-pointing. It seems as if we have collec- tively agreed that the Nazi- design heritage is contaminat- ed in such a way that it is no longer necessary to attach art historical or artistical value to it, let alone start thorough art historical research into it. This is a convenient situation; store this material in the ‘Awkward heritage’ cupboard, along with the history of slavery, policing actions and Srebrenica. Then close the cupboard, lock it securely, and never speak of it again. And if we have to dis- cuss it, then only in the context of bad taste, propaganda and megalomania or as the bad coun- terpart of proper modern art. When I was studying art history I learned that I need not be con- cerned with good or bad, beautiful or ugly. Still there are promi- nent art historians (whose names I will not mention here, but those interested can contact me) who dare to assert without blinking, that during the Nazi period nothing but bad rubbish had been produced that was not even worth studying . The question which then immediately springs to my mind is: if it was all so insignificant, then why do we act so convulsively? Isn’t there something fundamentally wrong with this material which makes it all the more interesting to be examined? It would appear there is an elephant in the art historical room, Germany’s art history stops briefly in 1933 only to happily con- tinue again in 1945. The widely respected Bauhaus was relaunched in the sixties and its importance was disproportion- ally exaggerated to make us forget our possible memories of the bad taste during the Third Reich. Let us keep it this way, that is what we agreed upon. This art historical agreement turned out to be so strong that when preparing the more than fifty (!) exhi- bitions which were organized in 2019 in the context of 100 years Bauhaus, not one single exhibitor took the trouble to dis- cuss the Bauhäusler (e.g. Herbert Bayer, Ludwig M. von der Rohe and Kurt Kranz), who went to work for the Nazis; “Doesn’t fit the picture, then we will just not mention it.” Somewhat annoyed by these actions – the deliberate disregard of what I consider to be an important period in art history – I decided to set up an exhibition together with Timo de Rijk in 2019 about the Design of the Third Reich for the Design Museum in Den Bosch; an exhibition in which we wanted to show that the careful use of design can help to make an entire nation take the wrong direction. Apparently for the first time in this exhibition we have initiated a different view on this materi- al, which is now being adopted by a few prominent German research institutes. Thanks to the considerable media attention for this exhibition, something seems to have changed in the auction industry as well;, it has now become possible to offer posters from the National Socialist period for auction without having stones thrown through the windows. Hitherto unknown collections are now openly offered for sale and prominent, Jewish institutes and individuals lately purchase this material; “To ensure that it can never be forgotten or denied!”, without being directly accused of having Nazi sympathies. In my opinion the first steps towards a neutral vision on this still awkward heritage have been taken; the elephant has been identified, the pressure is off. © Drs. A. Seinen, 2021 98 It’s important school children are being taught about WWII

RkJQdWJsaXNoZXIy NzQxNTE=